Connectathon IHE-Europe
Van 14 tot en met 18 juni vond weer de jaarlijkse Connectathon van IHE-Europe plaats. Ook dit keer werd het event volledig digitaal gehouden. Samen met collega’s Niek Poppe en Reneé Vermeulen was ik één van de monitoren die de testsessies mocht begeleiden en beoordelen.
Tijdens een Connectathon testen ontwikkelaars van softwareleveranciers onderling hun software op ondersteuning van de IHE-profielen. Ze testen of hun producten voldoen aan de specificaties van IHE en dus interoperabel zijn. De leveranciers testen hun product eerst zelf tegen de testtools en daarna met elkaar. De uitwisseling van gegevens moet namelijk met ten minste drie à vier andere leveranciers succesvol uitgevoerd worden. Als monitor ben je tijdens dit proces een soort ‘scheidsrechter’, die nagaat of alle testen goed verlopen volgens de specificaties. Een leuke uitdaging!
”Het gedachtengoed van een Connectathon is dat deze plaats vindt vóórdat leveranciers met elkaar gaan concurreren op de markt. Zo móeten ze eerst intensief samenwerken om interoperabiliteit te verkrijgen.
Dit vergroot daarbij hun kennis en ervaring die ze ook weer meenemen naar projecten in de praktijk. Tijdens de Connectathon is de sfeer dus altijd goed. Je bent met technici onder elkaar. We zijn echt samen bezig met het integreren van specificaties en iedereen helpt elkaar verder.
Voor ons als PHIT-consultants is de Connectathon een ware ‘superleerschool’. Het zorgt ervoor dat we boven de materie blijven staan en onze kennis en vaardigheden op niveau houden. Daarnaast nemen we alle opgedane kennis en ervaring mee naar onze opdrachten en in de cursussen die we ontwikkelen. Ondanks dat we de (nieuwe) IHE-profielen kunnen bestuderen, tijdens een Connectathon zie je pas echt hoe ze geïmplementeerd zijn en gebruikt worden. En bovendien: wat er mis kan gaan. Het is voor ons dé manier om te blijven leren. Maar ook om met de materie bezig te zijn en nieuwe ontwikkelingen daarin te volgen. Zo blijven we vooroplopen.
Deelname aan een Connectathon is hét eerste bewijs van samenwerking en integratie op het gebied van interoperabiliteit. Maar wel binnen een internationale meer klinische context. Want zaken zoals datasets en autorisatieafspraken in bijvoorbeeld Duitsland, Zweden of Frankrijk verschillen van elkaar en van die bij ons.
In Nederland hebben we het InteropLAB. Eigenlijk is InteropLAB een soort Connectathon, maar dan kleiner en toegespitst op de Nederlandse situatie. Het idee achter InteropLAB is dat het binnen de klinische context van de Nederlandse zorg-ICT past. Met Nederlandse onder andere datasets, bericht- en autorisatieafspraken. Die kun je op internationaal niveau niet goed testen, maar met InteropLAB wel. Om interoperabiliteit te krijgen moet je namelijk een niveau dieper gaan en alles tot op het kleinste detail goed voor elkaar hebben. Ik zie dus veel kansen voor de toekomst van InteropLAB.
Hoewel InteropLAB zou kunnen concurreren met IHE Europa, zullen we elkaar altijd nodig hebben om stappen vooruit te zetten. Want uiteindelijk streven we allemaal hetzelfde doel na: de zorg verbeteren door interoperabiliteit te realiseren.
Auteur: Robert Breas, PHIT-consultant
Robert is trainer en consultant bij MedicalPHIT. Schrijven over nieuwe ontwikkelingen en theorie in de praktijk brengen is een passie.
Learn, share, connect.
